De tocht van Diomedes en Odysseus
naar het kamp van Troje in de nacht.
Zij vonden Dolon in zijn grijze vacht:
de loper zou niet keren weer naar huis.
Het regende die avond op de daken
en de deur naar het balkon stond open.
Mijn les was voorbereid, zodat ik hopen
kon nog met de Ilias te waken.
Plotseling een roep als van een reiger.
Ik kon hem in de duisternis niet zien,
of even, in de spiegeling misschien.
Gestuurd door de godin met helle ogen.
In de strijd is zij nabij de krijger:
aan de rechterkant kwam hij gevlogen.